Kunstenaar van de maand Sandra
03 april 2023
Wat doe je het liefst bij Da Vinci?
Kleien! Lekker met mijn vingers in de klei. Je kunt van alles maken; vogelhuisjes, voederhuisjes, vazen… . Je handen mogen best vies worden. Lekker kneden; zo ontstaat er iets moois. Zelf maak ik het vaakst huisjes, van groot tot klein. Soms maak ik ze op bestelling, dan mogen ze vooraf meekijken hoe ik dat doe. ‘Zo breed, zo smal, hoeveel deurtjes en raampjes’, enzovoort. We overleggen samen wat het formaat mag worden en hoe het huisje er ongeveer uit mag komen te zien.
Hoe ziet een atelier/werkdag bij er voor je uit?
Het is een normale dag eigenlijk, voor mij. Ik ben hier de hele dag van half 10 tot half 5. De werkzaamheden kunnen wisselen per dag. Vaak ben ik wel met een project bezig waar ik langer over doe. Ik maak nu een schilderij van een boom. Hier doe ik ongeveer een maand over. Maar als ik wat anders wil doen kan ik het afwisselen met kleien, tekenen en schetsen. We zijn nu ook bezig met een project voor het sportcentrum de Zanderij. We maken een basket met ballen die verspringen van hoog naar laag, van papier maché en karton.
Kun je iets vertellen over je werken?
Ja, toch de huisjes van klei! Dat is echt typisch Sandra. Dat ben ik echt. Ik maak ontzettend veel verschillende huisjes. Verder schilder ik veel; dan maak ik vooral bomen. Ik geef er een eigen draai aan met veel verschillende kleuren en veel verschillende bomen. Zonder of met takken, zonder bladeren of met bladeren, enzovoort. En soms maak ik een vogelhuisje in de boom of iets anders willekeurigs wat ik leuk vind. Om zo’n schilderij te maken maak ik eerst een raster, een schets met potlood. Dan kun je zien hoe hoog en hoe laag de takken komen te staan. Vervolgens kleur ik de takken en geef ik ze per vlak een andere kleur.
Op welk werk ben je het meest trots en waarom?
Bijna op alles ben ik trots, want ik maak het zelf. Ik maak het met trots want ik doe het met heel veel plezier en liefde; het is mijn werk en mijn hobby. Oprecht kan ik zeggen dat ik vol trots hierheen ga en vol trots weer naar huis.
Met welke materialen en technieken werk je?
Voor het kleien gebruik ik de wals, dat maakt de klei plat. Dan druk ik een beker in de klei, snijd ik er een ronde uit en leg ik het op een vochtige doek neer. Vanaf daar maak ik rolletjes voor de onderkant van het huisje; tot ongeveer 14 rolletjes. Die maak ik vast met slib (een speciaal soort lijm) op elkaar en de ondergrond. Als het huisje staat, kan het drogen, waarna ik het ga glazuren. Vervolgens gaat het twee keer de oven in.
Hoe vind je het om te exposeren, of doe je dat niet zoveel?
Leuk! Dat doe ik het liefst met mijn huisjes. Die staan nu al in onze galerie en ook gaan ze mee naar markten, zoals de Ermelose Paasmarkt. Graag zou ik ze ook willen exposeren in het gemeentehuis of in het St. Jansdal ziekenhuis, dat lijkt me helemaal geweldig.
Wat voor projecten heeft Leonardo Da Vinci en doe je daaraan mee? Waarom?
Da Vinci Etaleert in Ermelo. Er word een foto van je gemaakt met attributen, en dat komt in de etalage van de lokale winkels te hangen. Mensen kunnen stemmen op jou en je kunstwerk. Degene met de meeste stemmen wint. Ik doe daaraan mee maar ik hoef niet te winnen. Het gaat om het gebaar dat ik mee mag doen, Meedoen is belangrijker dan winnen.
Een voorbeeld is het thema ‘Koninklijk’ voor Da Vinci Etaleert. Toen gingen we naar een paleis het Loo met de hele groep voor inspiratie. ‘Wat heb je nodig, hoe moet het eruit zien’, zeg maar zo. Ik heb vervolgens een kroon, een schaar, een sjerp en twee pilaren gemaakt (van karton, papier maché, lijm en verf) waar een lint doorheen ging. Er hingen vervolgens twee schilderijen van mij in de Ermelose dorpstraat. Ik heb ervoor gekozen om mee te doen aan dit project vooral omdat het gezellig en leuk is, en je krijgt er iets moois voor terug.
Hoelang werk je aan iets voordat het klaar is? Hoe bepaal je dat?
Dat kan heel lang duren, daar kunnen weken overheen gaan, afhankelijk van wat het werk is. Dat heb je niet zo 1, 2, 3 af. Ik overleg vaak met de begeleiders of het goed en klaar is.
Waar haal jij je inspiratie vandaan?
Uit mijn tenen! Dat komt zo ineens helemaal omhoog. Het lampje gaat vanzelf branden. Ik pak papier en begin; ik ga gewoon lekker tekenen en schetsen. Lijmen, zagen, plakken,… alles verzinnen wat er in me opkomt! Zo krijg ik hele leuke variaties en ideeën, en kan ik mijn eigen stijl aanbrengen. Soms overleg ik met de leiding: ‘Is het goed genoeg zo?’. Je kunt zelf lekker je ding doen: niks moet, alles mag. ’s Morgens wordt gevraagd wat je wil gaan doen. Als ik het eenmaal bedacht heb, ga ik het maken. Als ik de hele dag hetzelfde project doe, dan ga ik alsmaar door met hetzelfde, zoals de klei-huisjes maken. Dus afwisseling is voor mij belangrijk. Even variëren. Op andere gebieden blijven ontwikkelen.
Wil je nog iets delen?
Kom een keer binnen kijken wat we aan het maken zijn! Er is altijd leuks om te zien. Dit is de leukste werkplek; leuke begeleiders, leuke vrijwilligers, leuke stagiaires. Dat maak het zo bijzonder en het geeft motivatie. Hoe meer mensen, hoe leuker het wordt. Hoe meer zielen, hoe meer vreugde.